Code oranje in de profielkuil
De ontwatering was steeds goed voor elkaar, maar op sommige plaatsen kwamen ze vertering en blauwe grond tegen. Ook daar waar dat niet direct de verwachting was. ‘Het zag er eerlijk gezegd niet overal even geweldig uit, het was code oranje,’ vertellen Pieter van ’t Zet en Marius Langebeeke uit de Noordoostpolder. De buur(t)mannen deden mee aan het project ‘Zicht op de bodemstructuur’ en groeven enkele profielkuilen op hun eigen akkers.
In het vroege voorjaar ging het tweetal gewapend met schop, notitieblok, pen en camera op pad. Tijdens de aftrap van het project leerden ze een goede profielkuil van ongeveer 50 x 50 x 50 centimeter te graven. Vervolgens brachten ze die techniek op hun eigen akkers, bij verschillende teelt, in de praktijk. ‘We waren vooral benieuwd of we verschil konden zien tussen de twee systemen. Het voordeel van werken in tweetallen is dat je met elkaar kunt praten over wat je ziet en samen conclusies trekt. Het is toch een subjectieve waarneming,’ vertelt Marius. ‘En daarbij is het is ook gewoon handig voor de logistiek, je hebt er letterlijk je handen vol aan,’ vult Pieter aan.
Bodembeheer
Langebeeke heeft een gemengd tuinbouw en akkerbouw bedrijf. Het vaste systeem is 1 op 3 met consumptieaardappelen uien en bieten en een stukje bollenteelt. Hij heeft een deel in eigendom en een deel in pacht. Van t Zet heeft ook een systeem van 1 op 3 met pootaardappels, suikerbieten, winterpeen, uien, sjalotten, graan en mais. Daarnaast verhuurt hij een deel voor bollenteelt. Hij heeft het grootste deel pacht, een stuk geliberaliseerde pacht, een huurkavel en een stukje eigendom. Beide heren hebben interesse in de bodem. Marius is al jaren bezig met het optimaliseren van de bodem en bodembelasting. ‘Het is handig om eens een specialist op de kavel te hebben om te kijken of de theorie aansluit op waar ik in de praktijk mee bezig ben,’ vertelt hij. Pieter is vooral erg nieuwsgierig of bouwplannen nou écht invloed hebben op de bodem. Als oud-bestuurder van LTO vindt hij het goed dat bodem meer aandacht krijgt. ‘Ik vraag mezelf soms wel eens af of het onderzoek hiernaar niet te veel versnipperd is,’ zegt hij daarover.
Bevindingen
Bij het graven van een profielkuil kijk je met name naar wat je er uit haalt. ‘Je moet de grond openbreken in plaats van snijden,’ legt het tweetal uit. ‘We zagen dat de ondergrond erg nat was, vooral op de percelen die zwaar bewerkt zijn. Er was sprake van vertering en we kwamen blauwe grond tegen. Ook op plekken waarvan we dachten dat het goed moest zijn, omdat er wintertarwe stond met vaste mest en groenbemesting,’ vertellen de buur(t)mannen over hun bevindingen. ‘Dat zijn ook dingen waar we met elkaar over gesproken hebben, hoe kan het nou dat het daar goed is en daar minder.’
Conclusies
Het is lastig om direct besluiten te nemen op basis van de profielkuilen. Pieter: ‘Ik wacht op de analyse van meer onderzoeksgegevens zodat we meer leren over de lange termijn. Voor inzicht is het graven van profielkuilen zeker goed, maar op korte termijn kan je er niet altijd veel mee. Als het puntje bij het paaltje komt dan wil je gewoon oogsten,’ zegt Pieter. ‘Voor dit jaar hebben we er duidelijk uitgehaald dat we niet te vroeg moesten beginnen,’ vult Marius aan. ‘Maar alles is relatief, want degenen die wel vroeg begonnen hebben op dit moment betere gewassen. We zullen zien hoe alles er in de zomer bij staat.’